Op de snaren van Apollo. Acht eeuwen Latijnse poëzie samengesteld en ingeleid. - DE RYNCK, P., (ed.),

KORTE INHOUD

'De allermooiste stukken uit de Latijnse poëzie (en die lijken mij in de Europese poëzie thematisch ook de invloedrijkste) zijn die waarin het nieuwe leven van natuur, dieren en mensen, van de altijd terugkerende lente of de lente waarmee de wereld begon worden opgeroepen. Bijna alles samen vindt men in een passage uit Vergilius' 'Georgica'; het stuk is in de bloemlezing opgenomen onder de titel 'Lentelied'. Ik denk dat ik dat fragment - een eeuwigdurend nieuw geluid over de nieuwe lente - tot de hoogtepunten van de hele Westeuropese literatuur reken. En in het licht of de schaduw ervan lees ik gelijksoortige stukken bij Lucretius, bij Ovidius ook, maar evenzeer bij Cahucer, in de lyriek van Hadewycg, bij Gorter en in de omkering van dat alles die het begin van Eliots 'The Waste Land' te zien geeft.' (KEES FENS in De Volkskrant 30-08-1993).
1993zie alle details...

Categorie

Details

1993Uitgever: Ambo