Le comte de Monte - Christo - Alexandre Dumas
KORTE INHOUD
De graaf van Monte-Cristo (originele Franse titel: Le Comte de Monte-Cristo) is een roman van Alexandre Dumas uit 1844. Centraal staan de lotgevallen van Edmond Dantès die, na eerst veertien jaar onschuldig opgesloten te hebben gezeten op grond van een valse verdachtmaking, een verborgen fortuin vindt op het eiland Montecristo waarna hij met zijn verworven rijkdom wraak neemt op degenen die hem dit leed hebben aangedaan.
Het verhaal begint ten tijde van de Honderd Dagen. Het bestaat uit zes afzonderlijke delen die in onderlinge samenhang dienen te worden gelezen. De rode draad door het hele verhaal heen is de gevangenneming van Dantès, gevolgd door zijn jarenlange verblijf in een kerker van het Château d'If, zijn ontsnapping en ten slotte de wraakneming. Daarnaast zijn er allerlei min of meer onderling samenhangende secundaire verhaallijnen met betrekking tot de overige personages.
Het verhaal is los gebaseerd op een waargebeurd verhaal over de lotgevallen van de Franse schoenmaker Pierre Picaud.[1]
Het verhaal begint ten tijde van de Honderd Dagen. Het bestaat uit zes afzonderlijke delen die in onderlinge samenhang dienen te worden gelezen. De rode draad door het hele verhaal heen is de gevangenneming van Dantès, gevolgd door zijn jarenlange verblijf in een kerker van het Château d'If, zijn ontsnapping en ten slotte de wraakneming. Daarnaast zijn er allerlei min of meer onderling samenhangende secundaire verhaallijnen met betrekking tot de overige personages.
Het verhaal is los gebaseerd op een waargebeurd verhaal over de lotgevallen van de Franse schoenmaker Pierre Picaud.[1]