Vuurwerk - Ford
KORTE INHOUD
De personages in de tien verhalen hebben doorgaans geen werk of geen geluk, of geen van beide; het zijn randfiguren, die auto's stelen, herten stropen, ongedekte cheques uitschrijven. De mannen hebben bij leger of luchtmacht gediend; sommigen zijn in Vietnam geweest, anderen beweren dat alleen maar. De vrouwen rommelen wat als part-timeserveerster of part-timehoer. Sommigen zijn Indiaans of half Indiaans. Ze wonen in caravans, hutten, pensions, ze jagen, vissen, drinken, rijden rond en slapen nu en dan op vreemde plaatsen met een onbekende. Het zijn gewone mensen, dat wil zeggen mensen zonder universitaire opleiding, die een leven leiden ontbloot van de verzachtende bezittingen en illusies van de gegoede burger. Ze hebben geen succes en geen geluk en vragen zich af waarom; ze hebben geen illusies maar zijn desondanks vervuld van een wanhopig soort argeloosheid en optimisme. Ze zijn op weg of op de vlucht, op een hellend vlak, of hun leven neemt een wending die hun niet bevalt; ze hopen op iets beters of allee...