Volkstuinen - Leen Van Molle, Yves Segers
Een geschiedenis
KORTE INHOUD
Volkstuintjes zijn niet uit ons landschap weg te denken. De groene, kleurige lappendekentjes duiken op in de stadsrand, tijdens een wandeling met de hond, passeren in een vlucht op de trein. Leeft deze oude traditie nog bij jongere generaties? Zijn de gezellige tuinen enkel nog een plek voor sociaal contact? Wat zaaien en planten de tuinliefhebbers? Sinds wanneer zoekt men de rust en gezonde buitenlucht buiten de stad op? Waar stond het Werk van den Akker eigenlijk voor? En, tot slot, is het wel een typisch westers fenomeen?
Aan het eind van de negentiende eeuw doken de eerste volkstuintjes op in Europa. Arbeiders kregen een klein lapje grond toegewezen en konden groenten en fruit telen voor eigen gebruik. Zo leerden ze gezond voedsel kennen, bleven ze weg uit de cafés en droomden ze niet van de revolutie. Tijdens de wereldoorlogen speelden volkstuintjes een cruciale rol in de voedselvoorziening. Vandaag zijn ze voor duizenden tuinliefhebbers een oord van ontspanning.
Aan het eind van de negentiende eeuw doken de eerste volkstuintjes op in Europa. Arbeiders kregen een klein lapje grond toegewezen en konden groenten en fruit telen voor eigen gebruik. Zo leerden ze gezond voedsel kennen, bleven ze weg uit de cafés en droomden ze niet van de revolutie. Tijdens de wereldoorlogen speelden volkstuintjes een cruciale rol in de voedselvoorziening. Vandaag zijn ze voor duizenden tuinliefhebbers een oord van ontspanning.